We hebben de héle dag te maken met het motiveren en mee krijgen van anderen. 

In je werk herken jij je misschien in één van deze situaties: 

• Je bent therapeut of begeleider. Je bent voortdurend cliënten aan het motiveren tot gezonde keuzes.
• Je bent behandelaar binnen een zorginstelling. Je wilt een team van begeleiders enthousiasmeren om samen aan de slag te gaan met het plan van aanpak.
• Je bent ergocoach. Je wilt jouw collega’s stimuleren tot fysiek gezond werken.
• Of je bent beweegcoach of aandachtsfunctionaris. Je wilt begeleiders stimuleren om zelf meer te bewegen met cliënten. 

Maar ook privé ben je voortdurend aan het motiveren: 

• Je motiveert je zelf om ’s avonds van de bank te komen.
• Je wilt die vakantie met vrienden nu écht plannen, maar iemand reageert steeds niet.
• Je wilt je huisgenoten stimuleren om samen te klussen of iets te doen in het huishouden.
• Als vrijwilliger ben je anderen aan het motiveren. 
• En als je pubers in huis hebt, dan hoef ik niet eens een voorbeeld te noemen ;-). 

Motiveren speelt in alle aspecten van je leven een rol. 

En als een ander moeilijk gemotiveerd kan worden dan hebben we het – in werksituaties – al snel over weerstand. 

Weerstand heeft héél vaak te maken met een mismatch van fasen. Jij bent, met jouw enthousiasme, al veel verder dan je cliënt, je collega, je team of je vriendin.  

Je gaat te snel.